Na veel moeite is er iets meer info beschikbaar gekomen over hoe de Corona-modellen van het RIVM eruit zagen. Alleen met die informatie al is duidelijk te zien hoezeer die modellen lijken op het Monster van Frankenstein, dat ooit door een wetenschapper gecreëerd zou zijn. Het lijkt niet op de werkelijkheid en het heeft een vernietigende werking.
Lees volledig artikel: RIVM’s model van Frankenstein: deel 1
RIVM’s model van Frankenstein: deel 1
Het monster van Frankenstein
Het monster van Frankenstein dook voor het eerst op in een film uit 1931. Het was gebaseerd op een boek van Shelley uit 1818. De kern van het verhaal is dat een wetenschapper in het geheim in zijn laboratorium een 2.40 groot monster schiep. Een monster dat er vervolgens op uit was mensen te vernietigen.
De modellen die het RIVM maakt en gebruikt om belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen te duiden lijken sprekend op het verhaal van het monster van Frankenstein. Wetenschappers van het RIVM maken op een niet transparante wijze modellen. Op basis van die modellen wordt er beleid bepaald en vinden er evaluaties plaats. Maar omdat die modellen slecht lijken op de werkelijkheid, is het effect dramatisch. Want er wordt beleid gemaakt op basis van een niet bestaande werkelijkheid. Met als dieptepunt dat verkeerde maatregelen als succesvol worden beoordeeld, omdat dit uit het model zou blijken.
Aan de hand van wat we inmiddels weten over het Coronamodel van het RIVM, dat meer dan 2 jaar de samenleving in Nederland dicteerde, zal ik deze stelling onderbouwen. En ook laten zien hoe men vervolgens elkaar het hand boven het hoofd houdt, om te verhullen hoe groot de schade is, die men heeft aangebracht.
Het Coronamodel van het RIVM heeft immers vanaf maart 2020 de ingrijpende Coronamaatregelen in ons land gedicteerd. En daar is veel mee misgegaan.
Belangrijk hulpmiddel
Een model kan een goed hulpmiddel zijn om een werkelijkheid beter te begrijpen en in te schatten wat men onder bepaalde omstandigheden zou mogen verwachten. Bij relatief simpele situaties, waarbij maar een paar factoren een rol spelen, mag je verwachten dat een model een vrij goede afspiegeling van de werkelijkheid geeft. Daardoor kan je ook vrij goede voorspellingen doen voor wat er gebeurt als die factoren in de tijd gaan veranderen.
Zodra je echter met complexe situaties zit, wordt het al een stuk lastiger. Ken je wel alle belangrijke factoren en weet je wel hoe die factoren op elkaar inwerken?
Dat betekent niet dat je dan niet meer met een model aan de slag kan gaan, maar er zijn wel een aantal belangrijke voorwaarden als je modellen een rol gaan spelen bij hoe de samenleving wordt ingericht:
- je moet volledig transparant zijn over de factoren die je gebruikt en hoe je ze laat meetellen
- je moet de ruimte bieden aan anderen om vanuit hun inschatting van de factoren te zien hoe de uitkomsten van het model dan zijn
- je moet de kansen aangeven dat zoiets gebeurt bij verschillende uitkomsten (dus als je een factor in waarde verandert krijg je een andere uitkomst, maar dan moet je wel aangeven hoe groot de kans wordt geacht dat die factor die andere waarde heeft.)
En als je dat niet doet dan ben je bezig zoals de wetenschapper die het monster van Frankenstein creëerde. Wat je hebt gemaakt in je laboratorium brengt grote schade toe aan de samenleving. En dat is precies wat gebeurde met het model van het RIVM tijdens de Coronaperiode, en het lijkt erop dat dit ook het geval is bij andere belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen van dit moment waar modellen bij worden gebruikt.
In een tweetal artikelen zal ik deze stevige claim over de slechte werking van modellen van het RIVM hard maken. Dat doe ik aan de hand van wat we nu met name dankzij WOB/WOO verzoeken te weten zijn gekomen. Daarbij onderscheidt het RIVM/VWS zich door zich maximaal te verzetten tegen openbaarheid. En ook als de rechters hen opdracht geeft tot openbaarheid het dusdanig te doen, dat het uiterst moeilijk is om te zien hoe het model werkte.
In dit eerste artikel richt ik me op een voorbeeld, waarmee ik onmiddellijk vanuit de praktijk duidelijk kan maken, wat ik hierboven omschrijf. In het volgende artikel zal ik ingaan op hoe men probeert het eigen falen te maskeren en hoe daarbij wordt samengespannen met anderen.
Het Corona-model in 2020
De maatregelen vanaf half maart 2020 zijn gebaseerd geweest op het “Corona-model” van het RIVM. Op basis daarvan werd berekend hoe groot de druk op de zorg zou gaan worden en in welke mate maatregelen daarbij zouden zorgen dat die druk zou worden verlaagd. Ook de maatregelen in de tweede helft van 2020 waren gebaseerd op dat model. En de uitspraken van Prof. Van Dissel hoeveel ziekenhuisopnames in die periode waren bespaard zijn ook gebaseerd op dat model. In juni 2020 meldde Van Dissel dat 125.000 ziekenhuisopnames dankzij de in maart 2020 genomen maatregelen waren bespaard en 35.000 IC-opnames. Ik schreef er dit artikel al over.
Fritsander Lahr heeft in september 2020 een WOB-verzoek ingediend om inzicht te kunnen krijgen in het RIVM model en de wijze waarop afzonderlijke factoren daarbij werden meegenomen. RIVM/VWS hebben zich tot het uiterste hiertegen verzet. Maar in februari 2023 veroordeelde de rechters ze om dat materiaal aan hem te leveren. Wat hij inmiddels gekregen heeft maakt het nog steeds niet mogelijk om die modellen na te lopen en te zien hoe de interactie was. Maar inmiddels is één ding echter wel heel duidelijk en dit is terug te lezen in dit artikel van het RIVM dat het in juli 2023 in een tijdschrift plaatste:
in 2020 werd in het RIVM-model geen rekening gehouden met seizoenseffecten.
En dat heeft grote gevolgen gehad t.a.v. de maatregelen die men nam en de cijfers die achteraf door Van Dissel e.a. werden geponeerd als het succes van de maatregelen.
De impact van het seizoenseffect
Influenza heeft een duidelijk seizoenseffect. Het start in onze contreien ergens in november/december en eindigt dan ergens in maart/april.
Op basis van data-analyse was het mij in mei 2020 duidelijk dat Covid-19 toen eenzelfde patroon kende. In dit artikel beschreef ik het al “Corona heeft de griep”.
Maar als je in je Coronamodel geen rekening houdt met het seizoenseffect dan beoordeel je de sterke afname van het aantal ziektegevallen in april/mei 2020 als succes van de maatregelen en niet als een gevolg van het seizoenspatroon.
Dit is de grafiek van het aantal IC-opnames wegens Covid-19 in de eerste helft van 2020 (volgens NICE). In totaal waren dat er bijna 3.000.
Besef dat volgens het RIVM-model in 2020 de sterke afname van het aantal IC-opnames na 1 april 2020 volledig werd toegeschreven aan de maatregelen en het veranderde gedrag van mensen. Terwijl in werkelijkheid het overgrote deel van die afnames lag aan de stijging van de temperatuur en de hoeveelheid vocht in de lucht.
Besef dat in 2020 door WHO, RIVM en OMT werd gedaan alsof de besmetting via grote druppels ging. En die gedragen zich in alle jaargetijden ongeveer hetzelfde. Maar als je van een verspreiding via aerosolen uitgaat dan zorgt een droge lucht in de winter voor veel gunstiger omstandigheden voor een virus om te blijven zweven binnenshuis dan bij de vochtige lucht in de zomer.
En doordat het model tot begin 2021 geen rekening hield met het seizoenseffect hebben we nog allerlei maatregelen in lente en zomer 2020 gecontinueerd. Want die maatregelen werkten immers toch zo goed, zoals Van Dissel en OMT stelden, terwijl het gewoon het seizoen was dat verantwoordelijk was voor die lage cijfers.
35.000 opnames voorkomen?
Op basis van het model van het RIVM rekende Van Dissel eind juni 2020 de Tweede Kamer voor dat er meer dan 35.000 IC-opnames door de maatregelen inmiddels waren voorkomen. Dat zouden dan tussen eind maart en eind juni gemiddeld 400 IC-opnames per dag zijn geweest terwijl het maximum aantal op één dag rond 1 april 125 was.
Maar aan de hand van het model van Frankenstein van het RIVM werd berekend dat dankzij de maatregelen bijna 36.000 IC-opnames waren bespaard. In plaats van dat werd vastgesteld dat veruit de belangrijkste component van de lage cijfers tussen april en juni gewoon de lente was!
Dus in werkelijkheid 3.000 IC-opnames in die periode, maar volgens Van Dissel c.s. in de Tweede Kamer eind juni 2020 waren er 36.000 opnames bespaard.
En omdat die cijfers nooit in de media kritisch werden behandeld werd hierdoor het vertrouwen gewekt dat wat het model ook aangaf aan cijfers, dat het zou kloppen. En zijn vrijwel alle maatregelen die zijn voorgesteld, op basis van dit model tot maart 2022, ook ingevoerd. Inclusief een drie maanden durende avondklok begin 2021 en een lockdown in december 2021, waarbij we de enige waren in Europa.
Daarom noem ik dit het RIVM-model van Frankenstein. En ik ben bang dat het niet alleen voor de Coronamodellen van het RIVM geldt.
In het volgende artikel zullen we zien hoe kritisch achteraf deze manier van modelleren door het RIVM door internationale vakgenoten is geëvalueerd (spoiler alert: absoluut niet). Dit is de link naar dat artikel.
U heeft zojuist gelezen: RIVM’s model van Frankenstein: deel 1.
Volg Maurice de Hond op X | Facebook | LinkedIn | YouTube.
Deze website opereert dankzij de financiële steun van de bezoekers en kent geen paywall of adverteerder. Klik hier als u een (kleine) donatie wilt geven. Onze dank is groot.