Tot mijn spijt heb ik na meer dan 50 jaar het besluit moeten nemen te stoppen als voetbalscheidsrechter. Ik heb in de jaren van dichtbij meegemaakt wat een grote rol voetbalverenigingen in de lokale samenleving spelen. Dankzij de inzet van vele vrijwilligers. Een rol die sterk onderschat wordt (evenals van vele andere pijlers van de samenleving) wat ook te merken was bij de maatregelen om Covid-19 te bestrijden.
Lees volledig artikel: Bij mijn afscheid als voetbalscheidsrechter
Van jongs af aan
Helaas heb ik vandaag de KNVB moeten berichten, dat ik definitief stop als voetbalscheidsrechter. Sinds 1969 heb ik naar schatting bijna 1000 wedstrijden gefloten: 40 in het Betaald Voetbal (tussen 1979 en 1981) en de rest in het amateurvoetbal. Na een pauze tussen 1981 en 2003 (maar toen heb ik nog wel actief gevoetbald), heb ik ook in de laatste 17 jaar op vrij hoog niveau mogen fluiten. Met wellicht als hoogtepunt in mei 2008 de wedstrijd Achilles-De Treffers (de Groesbeekse derby) om het kampioenschap van de Hoofdklasse C (waar de bovenstaande foto is genomen en dit verslag van is). Ik was toen al 60 jaar.
Mijn laatste wedstrijd was op 10 oktober 2020, kort voor de nieuwe lockdown. Ik floot een wedstrijd in de 4e klasse van de KNVB. Ik was al blij dat ik op mijn leeftijd op dat niveau nog actief kon zijn. Maar helaas is de conditie inmiddels niet meer voldoende om de wedstrijden vrij goed te kunnen volgen. (Toen ik in de top van het amateurvoetbal floot legde ik per wedstrijd circa 11 kilometer af. Dat was gedaald naar 5 kilometer. Bij minder loop je nog alleen in de middencirkel).
“Wat doet deze melding op maurice.nl?” zult u denken. Daar zijn twee redenen voor. In de eerste plaats gebruik ik deze site vanaf oktober 2005 voor datgene wat ik deed en mij bezig hield. Dus tot maart 2020 stonden er al bijna 1000 persoonlijke blogs op deze site. Maar in de tweede plaats zijn er toch een aantal ervaringen van vóór en ná maart 2020 in relatie tot de amateursport en Covid-19, die ik graag ter gelegenheid van dit afscheid zou willen delen.
Als vijfjarige
Ik ben met voetbal opgegroeid. Niet alleen doordat ik al van heel jongs af aan op straat voetbalde met mijn buurjongetjes. Maar ook omdat mijn vader me meenam naar alle belangrijke wedstrijden. Ik heb als vijfjarige in 1952 een interlandvoetbalwedstrijd gezien van het Nederlandse Elftal in het Olympisch Stadion. Zat in De Meer bij Ajax met mijn ouders vanaf ongeveer die tijd en heb o.a. Rinus Michels toen zien voetballen en daarna de hele gouden generatie zien komen, die uiteindelijk drie keer de Europacup wonnen.
Heb in de periode 1955 tot en met 1990 vele belangrijke wedstrijden gezien van Ajax en het Nederlands elftal (tot en met de finale in München van 1974). Vanaf mijn tiende (en dat was de minimumleeftijd in die tijd) speelde ik bij een club. En in 1969 leek het me leuk om naast het voetballen op zondag te gaan scheidsrechteren op zaterdag. In relatief korte tijd promoveerde ik naar eerst de top van het zaterdagamateurvoetbal. Een overstap naar de zondag was noodzakelijk om ook naar het Betaald Voetbal over te mogen gaan. Dat lukte me na drie jaar in 1979.
Rapportages
Ik was van de generatie Van Swieten en Blankenstein, waarmee ik het ook persoonlijk heel goed kon vinden. Helaas heb ik slechts 40 wedstrijden in het Betaald Voetbal gefloten (drie ervan waren in Studio Sport te zien). Floot Gullit nog toen hij in Haarlem speelde als zestienjarige. Waarom ik zo weinig wedstrijden heb geleid op het hoogste niveau, is omdat ik aan het eind van mijn tweede jaar een geschil kreeg met de scheidsrechterscommissie. Het ging over een principiele zaak over beroepsmogelijkheden over rapportages, waar ik nu niet teveel over wil uitweiden. Vermeldenswaardig is dat toen 12 jaar daarna de KNVB voor het eerst wel een beroepscommissie instelde voor scheidsrechters, ik gevraagd werd als voorzitter.
Tussen 1981 en 2003 heb ik alleen nog maar gevoetbald. Maar in 2003 ben ik na het eind van mijn “voetbalcarrière” weer gaan fluiten. En tot mijn genoegen promoveerde ik toen weer snel naar de top van het amateurvoetbal met nog twee jaar in de hoogste klasse van het amateurvoetbal. Toen reisde ik over het hele land en ben op vele plekken geweest van Noord tot Zuid en van Oost tot West. In de laatste jaren was ik in de regio West 1 (van Den Helder tot Amersfoort) actief bij de standaardteams in de vierde klasse.
De cruciale rol van verenigingen in de gemeenschap
Juist omdat ik tijdens mijn “loopbaan” bij zoveel clubs ben geweest door het hele land, in vele grote en kleine plaatsen, besef ik hoe belangrijk de functie is van die verenigingen voor de locale gemeenschappen. Met leden van jong tot oud en vele vrijwilligers, die ook als ze een drukke baan hebben, toch nog veel tijd vrijmaken voor een bestuursfunctie in zo’n club en/of het vele vrijwilligerswerk doen in de kantine en op en rondom de velden.
De verenigingen zelf zijn plekken waar vele lagen uit de samenleving elkaar ontmoeten met een gemeenschappelijke hobby en doel. Maar ook merk je dat bij wedstrijden er vaak sprake is van de ontmoeting van personen uit een andere plaats, met een andere herkomst. Men strijdt, vaak op het scherpst van de snede, maar er is veel meer dat die spelers bindt dan scheidt. En als scheidsrechter heb ik altijd geprobeerd om ervoor te zorgen dat de wedstrijd voor iedereen een aangename ervaring bleef. Vaak is dat gelukkig prima gelukt. Iemand die me zowel als scheidsrechter als in mijn werk blijkbaar intensief had gevolgd, schreef daar vorig jaar dit artikel over.
Ik heb vastgesteld dat de voetbalvelden in Nederland een belangrijke rol spelen in de hechtheid van de structuur van de Nederlandse samenleving. Die in die laatste 50 jaar door allerlei ontwikkelingen in de samenleving juist veel meer uit elkaar viel en tot steeds meer verdeeldheid leidde. En vooral bij jongeren, zo tussen 6 en 30, een grotere bijdrage leverde aan ontmoetingen tussen allerlei lagen van de samenleving, dan bijvoorbeeld het onderwijs. Deze rol van voetbal binnen de Nederlandse samenleving wordt sterk onderschat. En de belangrijke rol van vrijwilligers (en goede scheidsrechters trouwens op alle niveaus) ook.
De miskenning van die rol bij de maatregelen
Die onderschatting van die belangrijke rol, zowel voor de fysieke gezondheid als de sociale gezondheid, is ook duidelijk tot uiting gekomen hoe RIVM/OMT en de regering omgegaan zijn met de breedtesport bij hun maatregelen vanaf mei vorig jaar. Kunnen we de situatie in maart/april 2020 nog beschrijven als een vorm van – begrijpelijke – paniek. Het beleid dat sinds september 2020 is gevoerd, en zeker voor de buitensporten, heeft veel meer schade opgeleverd dan de winst die men geboekt meent te hebben bij Covid-19 gevallen.
Gelukkig heeft men in oktober de jongste buitensporters nog ruimte gegeven. Maar voor de rest is er weinig overgebleven voor sportactiviteiten of sociale activiteiten. Die voor een belangrijk deel wel veilig hadden kunnen plaatsvinden als men vooral voorzichtig was in binnenruimtes.
Vrijwel overal ter wereld zag en zie je een vorm van bewustzijnsvernauwing bij bestuurders en experts. Waarbij alleen de bestrijding van Covid-19 bepalend is bij de maatregelen die genomen worden, maar de schade die de samenleving oploopt door die maatregelen wordt genegeerd. Met de belofte dat ze daarmee de cijfers in de richting van nul brengen en houden, en daarmee het gevaar voor de burgers kan weghouden. Dat doen ze aan de ene kant met een overdreven verwachting van het effect van hun maatregelen en aan de andere kant door het gevaar voor die burgers sterk te overdrijven. Daarmee een samenleving creërend, die we twee jaar geleden nog voor onmogelijk zouden hebben gehouden.
Extreme vorm
Daarbij lijkt men gevangen te zijn door het uitgevoerde beleid in de afgelopen anderhalf jaar en is er blijkbaar geen weg meer terug. De meest extreme vorm is inmiddels goed te zien in Australië en Nieuw-Zeeland. Hun beleid was en is ZeroCovid. Omdat het eilanden zijn en hun jaargetijden precies omgekeerd zijn aan die waar de meeste mensen wonen, leek het erop dat dit beleid daar goed mogelijk was. Vorig jaar moest men in Melbourne al een zeer zware lockdown over lange tijd toepassen.
Nu is dat ook in andere plaatsen het geval. In Sydney bijvoorbeeld, waar, ondanks die zware lockdowns de cijfers nu duidelijk blijven oplopen. Maar naast die lockdowns vertellen de verantwoordelijken ook nog spookverhalen, waardoor de samenleving heel lang ontwricht zal blijven. Zo wordt door de autoriteiten in de regio waar Sydney ligt “mutual masturbation” geadviseerd als een veilige manier om seks te hebben. Deze video van BLCKBX laat goed zien wat daar aan de hand is.
Het patroon is ook goed te herkennen in Nieuw-Zeeland. Doordat men de inreis uit het buitenland vrijwel verboden heeft, met alleen een lijn(tje) met Australië en lockdowns toepast zodra er maar één Covid-19 geval wordt ontdekt, heeft men daar (nog) geen grote uitbraken gehad. Maar als je de aankondiging van de nieuwste complete lockdown terugziet van de premier van het land (na één geval), dan besef je hoe groot uiteindelijk de schade voor die samenleving is/zal zijn.
Niet met anderen praten
Er wordt een complete lockdown aangekondigd, waarbij iedereen voor een week thuis moet blijven. Je mag alleen naar buiten voor de essentiële boodschappen met buitenshuis altijd een mondmasker op. Maar ook adviseert de premier om dan niet met anderen te praten en legt ze uit dat zelfs bij langs elkaar lopen de Delta variant kan zorgen dat de ander besmet wordt.
Dat bedoel ik met bewustzijnsvernauwing. Want als je simpel redeneert, kun je zeggen: nou ja, een weekje, en dan is alles weer voorbij. Niet alleen waag ik dat te betwijfelen. Ik denk dat er meer “weekjes” zullen komen. Maar ik verwacht ook dat het inbranden van deze angst gevolgen zal hebben voor de sociale structuur van de samenleving. Ook als er geen lockdowns zullen zijn.
Met de maatregelen die we genomen hebben, en waarvan ik denk dat die in de komende herfst/winter weer (ten dele) terugkomen doen we – zonder dat het wordt beseft – forse schade aan essentiële componenten in de samenleving. Een schade, die we tot nu toe amper zien, mede omdat – ook in de media- die bewustzijnsvernauwing ruim aanwezig is. En we gehypnotiseerd lijken door de besmettingscijfers, ziekenhuiscijfers en dramatische verhalen over degenen die ernstig ziek zijn geworden.
Aspecten van de samenleving
Maar ja, wat maakt het dan uit dat we tussen half oktober 2020 en eind april 2021, veel niet meer mochten en konden doen? Dat men – behalve bij de jeugd – niet mocht trainen en voetballen, is toch “klein bier”!? Maar dan misken je, zoals gezegd, de rol ervan voor allerlei aspecten van de samenleving. Net zoals er veel meer “klein bier” was, wat we niet meer mochten doen of heel beperkt, gedurende een langere tijd. Namelijk theater, bioscoop, uitgaan, horeca, evenementen, festivals, pretparken, dierentuinen, onderwijs, kerkbezoek, elkaar omhelzen, begrafenisbezoek, familiefeesten, inloopspreekuur huisarts, etc. En van heel veel klein bier kun je ook erg dronken worden.
En denk niet, dat deze fase binnenkort voorbij is. Mede omdat de cruciale maatregelen niet genomen worden, kunnen we ook dit najaar en winter verwachten dat de druk op de zorg zal toenemen. En dan heeft men de “zo succesvolle” maatregelen al weer klaar staan.
Hoewel ik dus zelf niet meer actief op het voetbalveld zal zijn, hoop ik wel dat men, ook als die cijfers omhoog gaan, nu wel beseft wat het belang is van al datgene wat ons land tot een echte samenleving maakt. En dat men niet alleen voetballen en het verenigingsleven in tact zal houden, maar ook al die andere zo waardevolle onderdelen van onze samenleving.
Op maurice.nl blijf ik overigens wel actief. Mijn team en ik fluiten in weloverwogen artikelen instanties terug die volgens onze mening en volgens onderzoeken onze samenleving (dreigen) schade te doen. Dat werk en de site kosten geld dat we niet uit advertenties kunnen halen, want daar doen we niet aan. Daarom is het geweldig dat onze trouwe lezers zo af en toe een kleine financiële bijdrage overmaken. Dat kunt u HIER doen.